Hoipiepeloi, hier zijn we terug. Eentje dat deze keer niet te veel van uw kostbare tijd vraagt. We maken een soort van tompoes of glaceeke, gevuld met oprecht zeer lekkere pudding. De pudding uit Sweet van Ottolenghi gebruikte ik voor die zoete stierenballen (zie recept). Het is eigenlijk een soort van banketbakkersroom opgewerkt met slagroom en boter. Jip, vaarwel slanke lijn, maar welkom smaakbom. The real stuff, zoals we zeggen.
Verder is het pretty easy. Appels opbakken met wat kaneel, bladerdeeg krokant bakken en karameliseren – wees gerust, is best simpel – , glazuur maken, samenstellen en klaar is onze McTompoes. Hoewel het qua werk duizend keer minder is dan die zoete stierenballen, was de reactie hier thuis veel enthousiaster. Zowel bij de schoongrootouders als de vrouw was het overduidelijk een schot in de roos. Wil je zelf eens in de roos schieten, dan vindt u onder de foto het recept.
Recept: tompoes van gekarameliseerd bladerdeeg, echte pudding en gebakken appeltjes
- Nodig: oven, fijn zeefje (optioneel), ronde uitsteekvormpjes (indien niet, maak je gewoon een vorm naar keuze)
- Aantal: 8 à 10
- Duur: voormiddag
Ingrediënten
Voor de pudding: 160ml melk, 2 dooiers, 50g suiker, 10g maizena, 1 vanillestok, 25g boter, 80ml volle room
1 vel bladerdeeg (ik gebruikte een rond, maar kan ook met vierkante. Al heb je er dan iets meer nodig.), bloemsuiker
Voor de glazuur: 150g bloemsuiker, water, 2 citroenen
Voor de appeltjes: 2 appels, 1 klontje boter, kaneelpoeder
Voor de gezouten karamel: 75g zeer fijne suiker, 40g boter, 2 el water, 4 el room, Fleur de sel
Bereiding
- Begin met de pudding. Die moet afgekoeld zijn.: snij de vanillepeul overlangs. Warm de melk met het merg en de peul op.
- Roer de dooiers, maizena en suiker los. Voeg de helft van de melk toe. Roer goed los en doe terug bij de melk.
- Blijf roeren op een zacht vuur tot het begint te dikken en ploffen. Het is klaar als u met de garde de crème omhoog tilt en er een dikke klodder afvalt.
- Voeg de boter in blokjes toe. Roer het volledig onder de crème. Dek af met folie en zet in de koelkast.
- Klop de room op tot lobbig. Hou koel.
- Spatel de room onder de afgekoelde pudding. Doe in een spuitzak.
- Maak de gezouten karamel. Smelt de suiker met het water tot een bruine karamel. Blus met de room. Roer los. Voeg de boter en het zout toe. Giet in een hittebestendige spuitbus en laat volledig afkoelen.
- Snij de appeltjes in blokjes. Smelt de boter. Zorg dat de pan goed heet is. Bak de appeltjes kort en krachtig. Anders worden ze te plat. Strooi er het kaneelpoeder over (of laat een kaneelstokje even meebakken). Haal van het vuur en uit de pan.
- Verhit de oven op 200°C. Rol het bladerdeeg uit. Steek er ronde vormpjes uit. Leg ze op bakpapier op een bakplaat. Leg er een bakplaat over. Zo zullen ze niet te veel rijzen.
- Bak tot ze lichtbruin beginnen zien. Haal ze uit de oven. Strooi er – optioneel met een zeefje – bloemsuiker over. Zet nu nog heel even in de oven. Zo karameliseer je bladerdeeg op een eenvoudige wijze. Dit duurt maar heel even, dus loop niet ver weg. Haal uit de oven en laat afkoelen.
- Maak glazuur. Dit is bij mij nog altijd veel try and error. Doe 100g bloemsuiker in kommetje. Voeg een lepel of twee citroensap toe en meng onder elkaar. Je moet een dikke stroperige consistentie krijgen. Voeg nog wat bloemsuiker of nog wat sap toe. Eventueel wat water. Als het te lopend is, blijft het niet liggen. Liever zelfs iets te dik.
- Bouw nu de taartjes. Snij met een gekarteld (brood)mes voorzichtig de bladerdeegrondjes doormidden. Giet wat glazuur over de bovenste helft en laat in de de koelkast een minuut of vijf uitharden. Lepel op de onderkant wat appeltjes. Spuit er de pudding bovenop. Bedek met het glazuurdekseltje en spuit er de gezouten karamel op.
- Smakelijk.