IIk citeer:
“Pieter, foei pizza-deeg uit de winkel. Schaf u dringend het boek van De Superette aan, begin een desemstarter op te kweken en maak van de overschot van uw brooddeeg een heerlijke desempizza.”
Aldus Wim J. Deze reactie (met een knipoog) kwam er na het posten van deze pizza. (link) Niets beter dan verse pizza, dat is een feit. Het toeval wil dat ik van de Kerstman het boek van De Superette in mijn kous mocht vinden. Bovendien kwam ik via-via in contact met Mill en Mix, een éénmansbedrijfje dat zich specialiseert in authentieke granen en zelf malen.
De reactie van Wim J. werkte als een rode lap op een stier. Zelf pizzadeeg maken ok, maar dan gaan we all the way: back to basics. Van het malen tot het bakken, het zou allemaal zelf gedaan worden.. De broer van Wim heeft bovendien een zelfgebouwde houtoven in de tuin. Ideaal voor een back-to-basics-pizzafeest.
back-to-basics pizza”
Beginnen doen we bij het begin: het deeg.
Het begon al goed. Was ik even vergeten dat die starter twee weken op voorhand gemaakt moest worden. Wim hielp me uit de nood en gaf op woensdag een deel van zijn starter aan mij. Diezelfde avond, alsook donderdagavond maalde ik rogge, tarwe en korasin (een oertarwe). In mijn kot, zonder verwarming, de molen, ikzelf en mijn granen, tussen de rommel. Dit werd episch. Zonder twijfel.
Donderdagavond kreeg de starter zijn voeding van versgemalen en gezeefde rogge, tarwe en water. Na een nachtje rijzen zag alles er nog goed uit. Voor ik naar het werk ging, maakte ik mijn voordeeg. Een deel van de starter werd gemengd met water en de gemalen bloem. Het zag er niet zo luchtig uit, maar ik dacht: “hey, dit komt wel goed.”
Vrijdagnamiddag, na een uur of 6 rijzen, zag alles er stevig uit. Hoewel achteraf bleek dat het niet bleef drijven (en dus niet luchtig genoeg was), mengde ik een deel van het voordeeg met bloem (tarwe, rogge en wat korasan) en water. Qua hoeveelheden gebeurde alles volgens het boekje. De massa was nat, maar volgens kenners was dat normaal.
Een halfuur later het zout erbij, en dan om het de zoveel tijd het deeg plooien. Het deeg bleef nat, maar ik dacht: “hey, dit komt wel goed.” Op zaterdagmorgen was de boel nog altijd nat. Ik vertrok met Wim en Tom naar Brussel voor wat lambiek en bij thuiskomst was het deeg … nog altijd nat. Toen begon het toch duidelijk te worden dat ik ergens iets fout gedaan had.
“dees komt niet goed.”
En zeker toen ik Wim zijn versie zag, begon ik te beseffen: “dees komt ni goe”. Zijn versie was gemaakt volgens hetzelfde recept met zelfgemalen graan en helaas wel stevig.
Gelukkig maar dat zijn deeg geslaagd was, anders hadden we geen pizza’s ’s avonds. Over het eigenlijke pizzafeest vertel ik u graag meer in een volgend bericht.
Los van het mislukte deeg…zelf malen vond ik echt interessant. Het verschil met de witte bloem uit de supermarkt valt niet te omschrijven. Zowel qua geur, qua uitzicht en qua smaak is het (bijna) helemaal iets anders. Het doet je stilstaan bij de oorsprong van een basisproduct zoals graan en de invloed van het bewerkingsproces.
Zelf ben ik te weinig bezig met zelf bakken om me een molen aan te schaffen. Voor wie regelmatig/dagelijks zelf brood bakt of deeg maakt, kan het wel een meerwaarde zijn.